Wanneer je in loondienst werkt en ook wanneer je een payroll overeenkomst hebt, ontvang je vakantiegeld. Dit vakantiegeld is in feite een reservering van minimaal 8% van je bruto salaris. Een fijn extraatje dat je kunt gebruiken voor je vakantie, een grote uitgave, of voor je spaarrekening. Wat jij met je vakantiegeld doet is helemaal aan jou. In dit blog vertellen we je meer over het vakantiegeld en geven we aan waar je rekening mee moet houden bij de uitbetaling van het vakantiegeld.
In dit artikel:
Je werkgever is wettelijk verplicht om het vakantiegeld uiterlijk in juni uit te betalen. De meeste werkgevers betalen het al in april of mei. Ook zijn er werkgevers die het vakantiegeld maandelijks tegelijk met het salaris overmaken. Check in je arbeidsovereenkomst of cao wat er binnen jouw bedrijf is afgesproken.
Het vakantiegeld bedraagt minimaal 8% van het brutoloon. Hoe hoog het percentage vakantiegeld is, is terug te vinden in je arbeidsovereenkomst of cao.
Het brutoloon is het bedrag bovenaan je loonstrook. Stel dat je brutoloon €1.800 per maand is, dan bouw je maandelijks €144 vakantiegeld op. Voor een volledig jaar is je vakantiegeld dan bruto €1.728. Ook het opgebouwde vakantiegeld vind je op je loonstrook terug.
Maar let op; reken je niet meteen rijk. Op het vakantiegeld wordt bij uitbetaling meer belasting ingehouden dan bij je reguliere salaris. Je houdt dus van je vakantiegeld netto minder over. Hoeveel belasting je precies betaalt, is afhankelijk van je jaarsalaris. Houd rekening met ongeveer 40 – 50% belasting.
Wordt je contract niet verlengd, dan wordt je opgebouwde vakantiegeld uiterlijk één maand na de laatste salarisbetaling uitbetaald.
Wil je weten hoeveel vakantiedagen je wettelijk krijgt en wat het verschil is tussen wettelijke- en bovenwettelijke vakantiedagen? Lees dan ook het blog: Wettelijke- en bovenwettelijke vakantiedagen: zo zit het